Zijn alle plastics niet gewoon… benzine in een andere vorm?

Tijdens mijn onderzoek naar circulaire materialen drong het opeens écht tot me door: in de destillatietoren van een raffinaderij komen benzine en naphtha áltijd samen vrij.

Want aan de start van ruwe olie raffinage worden de fracties van elkaar gescheiden. Bovenin de lichte gassen zoals LPG. Onderin de zware fracties zoals stookolie voor containerschepen en residuen voor asfalt. En zo vlak boven het midden:

🔹 Benzine voor transportbrandstof
🔹 Naphtha als bouwsteen voor bijna al onze plastics

Dat zette mij aan het denken.

Als de fracties samen vrij komen, zou je dan kunnen zeggen: minder plastic betekent minder benzine? En minder benzine automatisch minder plastic? Zijn vraag en aanbod hier niet onlosmakelijk verbonden? En is het aanbod van plastic niet minstens zo bepalend als de vraag?

En olie en gas zijn niet alleen brandstof of plastic-bouwstenen, maar óók basis voor medicijnen, kunstmest en verf. Dat roept een ongemakkelijke vraag op: áls we minder plastic willen, krijgen we dan als bijeffect ook minder asfalt, minder scheepsbrandstof, minder oliegedreven transport en minder … al die andere dingen?

Jaarlijks produceren we wereldwijd zo’n 400 miljoen ton plastic. Dat is méér dan 400 olympische zwembaden per dag. Goed voor 4 tot 12% van de totale olieconsumptie. Conventionele plastics zijn wellicht ‘easy to hate’ maar los van mooie niches zoals biobased plastics uit reststromen of composteerbare varianten… zijn die volumes niet simpelweg te groot om volledig biobased te vervangen?

Misschien ligt de oplossing niet in steeds nieuwe materialen ontwikkelen, maar in maximaal hergebruik van wat er al is:
✔️ Spullen maken uit circulaire materialen
✔️ Voor extreem lange levensduur, demontabel en onderhoudbaar
✔️ En na een lang leven: schoon als monostroom, klaar voor hoogwaardige recycling

Zodat we voorbereid zijn op een van de vele scenario’s waarin er géén nieuwe grondstoffen meer binnenkomen. Of dat nu komt door vastgelopen containerschepen, verstoringen in logistieke ketens, handelsoorlogen, conflicten, epidemieën, natuurrampen – of simpelweg omdat mijnen en bossen opraken.

Niet uit idealisme, maar uit pure businesslogica: méér rendement door hogere restwaarde.
Samen met de hele keten circulair – haalbaar, schaalbaar en betaalbaar.